Selwin

Op 5 september 2001 zag ik voor het eerst het levenslicht in het Sint Franciscus Gasthuis in Rotterdam. Ik ben nu 22 jaar en motorrijden is mijn passie. Voor het motorrijden heb ik 2 jaar aan freerunning gedaan en speelde ik graag gitaar en reed ik met veel plezier op mijn mountainbike.

Waarom motorrijden
Als kleine jongen keek ik vaak naar motorracen op televisie. ‘Dit is wat ik wil’: zei ik altijd en vroeg aan mijn ouders of ik dat ook van hun mag. Zelf was ik heel goed in karten. Na lang vragen kwam het verlossende woord ‘ja’. Ik mocht op de minibike. Hier werden mijn talenten al gauw ontdekt en na een half jaar rijden mocht ik meedoen aan het Nederlands kampioenschap. Om mee te kunnen doen, kreeg ik van mijn vader een tweedehands minibike.

Voor NSF100 trainen op de minibike
Ik kon al snel mee in de bochten maar op de rechte stukken verloor ik het van de andere rijders. Zij hadden de beste opgevoerde minibikes uit andere landen en ik had er één met een oudere motor. Als het regende stond ik altijd bovenaan de lijst omdat ik beter presteerde met mijn oude minibike dan zij met hun nieuwe opgevoerde minibikes. In 2013 hebben mijn vader en ik besloten over te stappen naar Molenaar NSF100 cup. Dit is een cup die jonge talenten van 9 tot en met 14 jaar leert omgaan met de motor en begeleidt. Bij NSF100 kwam ik door de selectie en het beviel me daar heel goed. In het eerste jaar reed ik naast de NSF100 nog steeds de minibike omdat ik zelf nog geen motor had. In het begin was het wennen, maar net als op de minibikekon ik mee met de top als het regende. Ik moest dat jaar veel leren, maar er was geen NSF100 beschikbaar voor mij om op te trainen. In de weekenden wanneer mijn vader tijd had, trainde ik op mijn minibike. Ik vond op de NSF rijden erg leuk omdat er veel strijd is en het een leerzame klasse is om hogerop te komen. Het jaar hierna heb ik me weer ingeschreven. Ik ging tenslotte voor het kampioenschap. Van mijn vader kreeg ik een NSF en ik kon dat jaar goed trainen.

Vallen en opstaan
Mijn vader ontving voor mij een mail om mee te doen aan een voorjaarstraining in Spanje. De training was in de voorjaarsvakantie en ik kon er vier dagen trainen. Dag één liep vrij goed. We kregen veel tips van de coaches die meegingen (Joey Litjens en Jasper Iwema). Het ging met de dag beter en op de een na laatste dag was ik de snelste op de baan.

Naam 
klasse 
Nummer
Team
Geboren op
Nationaliteit
Gewicht
Lengte
Selwin Hamden
Dutch Supersport 600
#14
Selwin Racing 
5 september 2001
Nederlands
73 KG
185 cm

Op de laatste dag was een race simulatie waarin ik eindigde op de tweede plaats. Dat was de plek achter de kampioen van dat racejaar en de plek voor de kampioen van 2016. Vanaf dat moment wist ik dat ik het volgende jaar serieus moest aanpakken. Ik kreeg na de training in Spanje veel complimenten van de toeschouwers en de coaches. Bij de eerste race startte ik vanaf plek vier en kon aardig mee aan de top. Mijn minpunt was dat ik zwaarder en langer was dan de overige motorrijders. Ik viel in de eerste race, maar reed de race wel uit. In de tweede race werd ik vijfde. Volgende keer beter, vallen en opstaan horen er nu eenmaal bij.

Klein ongelukje
De races hierna liepen redelijk goed. Ik kwam tussen de vierde en achtste plek. Dit jaar ben ik veel gevallen wat voor mij een goed leerjaar was. Ook kreeg ik een klein ongelukje tijdens een race. Ik brak mijn voet toen ik op het punt stond te winnen van de leider in het kampioenschap. We reden mee met een andere klasse toen een rijder van die klasse in de laatste ronde voor mij viel en ik er onderuit ging. Die dag ben ik toch derde geworden.

Keuze maken
Ondanks dat ik langer en zwaarder werd, wilde ik het racen van het jaar hierna weer uitproberen. Achteraf bleek dat ik een verkeerde keuze had gemaakt omdat ik niet mee kon op de motoren van de cup omdat ze voor mijn lengte te klein waren. Mijn motor was groter, opgevoerd en ging bijna net zo hard als alle andere motoren. Mijn lengte en gewicht maakten het racen moeilijk. Ik moest mezelf klein maken om minder wind op te vangen.

Een van de snelsten
Ik heb in 2016 veel geleerd. Ik finishte elke race en ben in totaal 1 á 2 keer gevallen. Ondanks dat ik op de rechte stukken veel verloor, was ik toch een van de snelsten en kreeg ik heel veel complimenten.

Van Minibike naar Yamaha R6

Mijn passie voor motorrijden begon toen ik als kleine jongen geboeid naar motorracen keek op televisie. Van mijn ouders mocht ik op minibike in de hoop dat ik daarmee zou afhaken. Maar het tegendeel is waar. Mijn talenten werden juist ontdekt en al snel stapte ik over op de NSF100. Ik groeide nog verder in mijn prestaties en ging over op de R125. Op 6 april 2019 nam ik deel aan de ProCup 600 OWC en vanaf 18 mei 2019 bij de SuperCup 600 OWC.

Doel

Mijn doel is het allerhoogste niveau bereiken en dat is racen in de MotoGP

Naam 
klasse 
Nummer
Team
Geboren op
Nationaliteit
Gewicht
Lengte
Selwin Hamden
ONK SuperCup 600
#14
Edwin ott motoren 
5 september 2001
Nederlands
73 KG
184 cm

Op 5 september 2001 zag ik voor het eerst het levenslicht in het Sint Franciscus Gasthuis in Rotterdam. Ik ben nu 17 jaar en motorrijden is mijn passie. Voor het motorrijden heb ik 2 jaar aan freerunning gedaan en speelde ik graag gitaar en reed ik met veel plezier op mijn mountainbike.

Waarom motorrijden
Als kleine jongen keek ik vaak naar motorracen op televisie. ‘Dit is wat ik wil’: zei ik altijd en vroeg aan mijn ouders of ik dat ook van hun mag. Zelf was ik heel goed in karten. Na lang vragen kwam het verlossende woord ‘ja’. Ik mocht op de minibike. Hier werden mijn talenten al gauw ontdekt en na een half jaar rijden mocht ik meedoen aan het Nederlands kampioenschap. Om mee te kunnen doen, kreeg ik van mijn vader een tweedehands minibike.

Voor NSF100 trainen op de minibike
Ik kon al snel mee in de bochten maar op de rechte stukken verloor ik het van de andere rijders. Zij hadden de beste opgevoerde minibikes uit andere landen en ik had er één met een oudere motor. Als het regende stond ik altijd bovenaan de lijst omdat ik beter presteerde met mijn oude minibike dan zij met hun nieuwe opgevoerde minibikes. In 2013 hebben mijn vader en ik besloten over te stappen naar Molenaar NSF100 cup. Dit is een cup die jonge talenten van 9 tot en met 14 jaar leert omgaan met de motor en begeleidt. Bij NSF100 kwam ik door de selectie en het beviel me daar heel goed. In het eerste jaar reed ik naast de NSF100 nog steeds de minibike omdat ik zelf nog geen motor had. In het begin was het wennen, maar net als op de minibike

Van Minibike naar Yamaha R6

Mijn passie voor motorrijden begon toen ik als kleine jongen geboeid naar motorracen keek op televisie. Van mijn ouders mocht ik op minibike in de hoop dat ik daarmee zou afhaken. Maar het tegendeel is waar. Mijn talenten werden juist ontdekt en al snel stapte ik over op de NSF100. Ik groeide nog verder in mijn prestaties en ging over op de R125. Op 6 april 2019 nam ik deel aan de ProCup 600 OWC en vanaf 18 mei 2019 bij de SuperCup 600 OWC.

kon ik mee met de top als het regende. Ik moest dat jaar veel leren, maar er was geen NSF100 beschikbaar voor mij om op te trainen. In de weekenden wanneer mijn vader tijd had, trainde ik op mijn minibike. Ik vond op de NSF rijden erg leuk omdat er veel strijd is en het een leerzame klasse is om hogerop te komen. Het jaar hierna heb ik me weer ingeschreven. Ik ging tenslotte voor het kampioenschap. Van mijn vader kreeg ik een NSF en ik kon dat jaar goed trainen.

Vallen en opstaan
Mijn vader ontving voor mij een mail om mee te doen aan een voorjaarstraining in Spanje. De training was in de voorjaarsvakantie en ik kon er vier dagen trainen. Dag één liep vrij goed. We kregen veel tips van de coaches die meegingen (Joey Litjens en Jasper Iwema). Het ging met de dag beter en op de een na laatste dag was ik de snelste op de baan. Op de laatste dag was een race simulatie waarin ik eindigde op de tweede plaats. Dat was de plek achter de kampioen van dat racejaar en de plek voor de kampioen van 2016. Vanaf dat moment wist ik dat ik het volgende jaar serieus moest aanpakken. Ik kreeg na de training in Spanje veel complimenten van de toeschouwers en de coaches. Bij de eerste race startte ik vanaf plek vier en kon aardig mee aan de top. Mijn minpunt was dat ik zwaarder en langer was dan de overige motorrijders. Ik viel in de eerste race, maar reed de race wel uit. In de tweede race werd ik vijfde. Volgende keer beter, vallen en opstaan horen er nu eenmaal bij.

Klein ongelukje
De races hierna liepen redelijk goed. Ik kwam tussen de vierde en achtste plek. Dit jaar ben ik veel gevallen wat voor mij een goed leerjaar was. Ook kreeg ik een klein ongelukje tijdens een race. Ik brak mijn voet toen ik op het punt stond te winnen van de leider in het kampioenschap. We reden mee met een andere klasse toen een rijder van die klasse in de laatste ronde voor mij viel en ik er onderuit ging. Die dag ben ik toch derde geworden.

Keuze maken
Ondanks dat ik langer en zwaarder werd, wilde ik het racen van het jaar hierna weer uitproberen. Achteraf bleek dat ik een verkeerde keuze had gemaakt omdat ik niet mee kon op de motoren van de cup omdat ze voor mijn lengte te klein waren. Mijn motor was groter, opgevoerd en ging bijna net zo hard als alle andere motoren. Mijn lengte en gewicht maakten het racen moeilijk. Ik moest mezelf klein maken om minder wind op te vangen.

Een van de snelsten
Ik heb in 2016 veel geleerd. Ik finishte elke race en ben in totaal 1 á 2 keer gevallen. Ondanks dat ik op de rechte stukken veel verloor, was ik toch een van de snelsten en kreeg ik heel veel complimenten.

Selwin Hamden

Op 5 september 2001 zag ik voor het eerst het levenslicht in het Sint Franciscus Gasthuis in Rotterdam. Ik ben nu 22 jaar en motorrijden is mijn passie. Voor het motorrijden heb ik 2 jaar aan freerunning gedaan en speelde ik graag gitaar en reed ik met veel plezier op mijn mountainbike.

Waarom motorrijden
Als kleine jongen keek ik vaak naar motorracen op televisie. ‘Dit is wat ik wil’: zei ik altijd en vroeg aan mijn ouders of ik dat ook van hun mag. Zelf was ik heel goed in karten. Na lang vragen kwam het verlossende woord ‘ja’. Ik mocht op de minibike. Hier werden mijn talenten al gauw ontdekt en na een half jaar rijden mocht ik meedoen aan het Nederlands kampioenschap. Om mee te kunnen doen, kreeg ik van mijn vader een tweedehands minibike.

Voor NSF100 trainen op de minibike
Ik kon al snel mee in de bochten maar op de rechte stukken verloor ik het van de andere rijders. Zij hadden de beste opgevoerde minibikes uit andere landen en ik had er één met een oudere motor. Als het regende stond ik altijd bovenaan de lijst omdat ik beter presteerde met mijn oude minibike dan zij met hun nieuwe opgevoerde minibikes. In 2013 hebben mijn vader en ik besloten over te stappen naar Molenaar NSF100 cup. Dit is een cup die jonge talenten van 9 tot en met 14 jaar leert omgaan met de motor en begeleidt. Bij NSF100 kwam ik door de selectie en het beviel me daar heel goed. In het eerste jaar reed ik naast de NSF100 nog steeds de minibike omdat ik zelf nog geen motor had. In het begin was het wennen, maar net als op de minibike kon ik mee met de top als het regende. Ik moest dat jaar veel leren, maar er was geen NSF100 beschikbaar voor mij om op te trainen. In de weekenden wanneer mijn vader tijd had, trainde ik op mijn minibike. Ik vond op de NSF rijden erg leuk omdat er veel strijd is en het een leerzame klasse is om hogerop te komen. Het jaar hierna heb ik me weer ingeschreven. Ik ging tenslotte voor het kampioenschap. Van mijn vader kreeg ik een NSF en ik kon dat jaar goed trainen.

Vallen en opstaan
Mijn vader ontving voor mij een mail om mee te doen aan een voorjaarstraining in Spanje. De training was in de voorjaarsvakantie en ik kon er vier dagen trainen. Dag één liep vrij goed. We kregen veel tips van de coaches die meegingen (Joey Litjens en Jasper Iwema). Het ging met de dag beter en op de een na laatste dag was ik de snelste op de baan. Op de laatste dag was een race simulatie waarin ik eindigde op de tweede plaats. Dat was de plek achter de kampioen van dat racejaar en de plek voor de kampioen van 2016. Vanaf dat moment wist ik dat ik het volgende jaar serieus moest aanpakken. Ik kreeg na de training in Spanje veel complimenten van de toeschouwers en de coaches. Bij de eerste race startte ik vanaf plek vier en kon aardig mee aan de top. Mijn minpunt was dat ik zwaarder en langer was dan de overige motorrijders. Ik viel in de eerste race, maar reed de race wel uit. In de tweede race werd ik vijfde. Volgende keer beter, vallen en opstaan horen er nu eenmaal bij.

Klein ongelukje
De races hierna liepen redelijk goed. Ik kwam tussen de vierde en achtste plek. Dit jaar ben ik veel gevallen wat voor mij een goed leerjaar was. Ook kreeg ik een klein ongelukje tijdens een race. Ik brak mijn voet toen ik op het punt stond te winnen van de leider in het kampioenschap. We reden mee met een andere klasse toen een rijder van die klasse in de laatste ronde voor mij viel en ik er onderuit ging. Die dag ben ik toch derde geworden.

Keuze maken
Ondanks dat ik langer en zwaarder werd, wilde ik het racen van het jaar hierna weer uitproberen. Achteraf bleek dat ik een verkeerde keuze had gemaakt omdat ik niet mee kon op de motoren van de cup omdat ze voor mijn lengte te klein waren. Mijn motor was groter, opgevoerd en ging bijna net zo hard als alle andere motoren. Mijn lengte en gewicht maakten het racen moeilijk. Ik moest mezelf klein maken om minder wind op te vangen.

Een van de snelsten
Ik heb in 2016 veel geleerd. Ik finishte elke race en ben in totaal 1 á 2 keer gevallen. Ondanks dat ik op de rechte stukken veel verloor, was ik toch een van de snelsten en kreeg ik heel veel complimenten.

Van Minibike naar Yamaha R6

Mijn passie voor motorrijden begon toen ik als kleine jongen geboeid naar motorracen keek op televisie. Van mijn ouders mocht ik op minibike in de hoop dat ik daarmee zou afhaken. Maar het tegendeel is waar. Mijn talenten werden juist ontdekt en al snel stapte ik over op de NSF100. Ik groeide nog verder in mijn prestaties en ging over op de R125. Op 6 april 2019 nam ik deel aan de ProCup 600 OWC en vanaf 18 mei 2019 bij de SuperCup 600 OWC.

Doel

Mijn doel is het allerhoogste niveau bereiken en dat is racen in de MotoGP